“Het publiek eet uit de hand waarmee hij hen bloemen toewerpt”
Recensie van The Smiths Presumably
Wanneer je zelfs in het Verenigd Koninkrijk de beste tributeband van The Smiths genoemd wordt, dan weet je het wel. Dit was een uniek moment. Het Casino liep dan ook goed vol voor The Smiths Presumably. Ze trakteerden het publiek negentig minuten lang op een stroom aan nummers van The Smiths, met een kleine uitstap naar het solowerk van Morrissey.
The Smiths Presumably is als groep al langer samen dan The Smiths ooit heeft bestaan. Frontman Jürgen Wendelen merkt het halverwege het concert op. Hij voegt eraan toe dat hij niet weet wat dat precies betekent. Om meteen daarna ‘Stop Me If You Think You've Heard This One Before’ in te zetten. Niemand stopte hem. Enerzijds omdat velen The Smiths nooit live aan het werk zagen. Anderzijds zetten The Smiths Presumably het nummer zo straf neer dat niemand nog maar ‘stop’ zou durven roepen. Met Morrissey zou dat trouwens tot een vroegtijdig einde van het concert kunnen leiden, zo leert de ervaring ons.
Ook Jürgen Wendelen verlaat op een bepaald moment het podium. Gelukkig is het maar om even van outfit te wisselen. Met het hoofd van Morrissey op zijn nieuwe shirt maakt hij duidelijk dat de twee liedjes die nu volgen, ‘Everyday Is Like Sunday’ en ‘First of the Gang to Die’, nummers van Morrissey en niet van The Smiths zijn. Echte fans weten dat natuurlijk. En een bedrukt shirt heeft Jürgen Wendelen helemaal niet nodig om duidelijk te maken dat hij Morrissey is van zodra hij zingt en swingt. Met armen en heupen die ons als een nonchalante tiener toezwaaien. Het publiek eet uit de hand waarmee hij hen bloemen toewerpt.

Dat doen wij ook graag naar de muzikanten van The Smiths Presumably: Wouter Thijssen op gitaar, Michel Becx op drum en Vital Maesen op bas. Ze proberen geen andere persona aan te nemen op het podium en dat hoeft ook niet. Hun spel neemt de rol van The Smiths met verve op. Met een speciale vermelding voor Wouter Thijssen die net als Johnny Mar hele arrangementen uit zijn gitaar puurt. “Dat hij in Tongeren geboren is en hier op het podium staat, is het levende bewijs van volgend nummer”, aldus Jürgen Wendelen, die zo klassieker ‘There Is a Light That Never Goes Out’ aankondigt. Het hele concert is doorspekt met klassiekers uit de verschillende platen van The Smiths. ‘Hand in Glove’, ‘Bigmouth Strikes Again’, ‘Girlfriend in a Coma’, ‘How Soon Is Now?’, om er enkele te noemen.
“I am human and I need to be loved, just like everybody else does”, klinkt het in dat laatste nummer. Het publiek zingt het massaal mee en beantwoordt daarmee de behoefte. Met gescandeer voor The Smiths. Met een knikkend lachje voor het eigen worstelen met vervreemding en verlangen, zoals dat door Morrissey zo melancholisch en geestig beschreven wordt. Met een opgeheven pint voor elkaar, jonger en ouder, samen verenigd in het dansend publiek. Met bloemen voor The Smiths Presumably.
Recensie: Niels Dewil